"De Koning komt"

 20 juni 2010, Br. T. van Ommen

Afspelen


Download
Audiobestand (MP3)  


Beschrijving
Evangelische christenen verliezen het zicht op de tijd waarin wij leven. Psalm 2 bestaat uit 4 gedeeltes: een spreken van de wereld, van God, van Jezus Christus en van de Heilige Geest. Wij leven in de eindtijd. De Here Jezus is komende als Koning. Het herstel van Israel is begonnen. Er is grote onrust in de wereld. De wereld probeert vrede te stichten terwijl zij God als Schepper aan de kant heeft gezet. De wereld zelf bepaalt wat goed is en wat fout is. Het lijkt alsof God niet ziet wat er in de wereld gebeurd. God zwijgt nog in Zijn liefde, maar binnenkort zal Hij spreken. De wereld keert zich steeds meer tegen Israel, maar de Koning van Israel komt. God heeft een plan met ons, met Israel en met de wereld. Het plan is de verheerlijking van Jezus Christus. De liefde van God was dat Hij Zijn Zoon gaf om ons van de eeuwige dood te redden. De Here Jezus zal oordelen, maar er is geen veroordeling voor hen die in Christus zijn. De Heilige Geest roept ons op om met veel ontzag de Here Jezus te dienen. Het is nu nog genadetijd. De Here Jezus zal als Koning van en voor Israel komen. De gemeente zal worden opgenomen voor de grote verdrukking.


In de preek aangehaalde bijbelteksten (Statenvertaling)

Psalmen 2
1 Waarom woeden de heidenen, en bedenken de volken ijdelheid? 2 De koningen der aarde stellen zich op, en de vorsten beraadslagen te zamen tegen den HEERE, en tegen Zijn Gezalfde, zeggende: 3 Laat ons hun banden verscheuren, en hun touwen van ons werpen. 4 Die in den hemel woont, zal lachen; de HEERE zal hen bespotten. 5 Dan zal Hij tot hen spreken in Zijn toorn, en in Zijn grimmigheid zal Hij hen verschrikken. 6 Ik toch heb Mijn Koning gezalfd over Sion, den berg Mijner heiligheid. 7 Ik zal van het besluit verhalen: de HEERE heeft tot Mij gezegd: Gij zijt Mijn Zoon, heden heb Ik U gegenereerd. 8 Eis van Mij, en Ik zal de heidenen geven tot Uw erfdeel, en de einden der aarde tot Uw bezitting. 9 Gij zult hen verpletteren met een ijzeren scepter; Gij zult hen in stukken slaan als een pottenbakkersvat. 10 Nu dan, gij koningen, handelt verstandiglijk; laat u tuchtigen, gij rechters der aarde! 11 Dient den HEERE met vreze, en verheugt u met beving. 12 Kust den Zoon, opdat Hij niet toorne, en gij op den weg vergaat, wanneer Zijn toorn maar een weinig zou ontbranden. Welgelukzalig zijn allen, die op Hem betrouwen. 



Deze spreker:
Br. T. van Ommen

Zoek op trefwoord:
Eindtijd
Grote verdrukking