"Drievoudig snoer"

 17 februari 2013, Br. G. Vochteloo

Afspelen


Download
Audiobestand (MP3)  


Beschrijving
Onze relatie met God is zeer sterk.

Het eerste snoer:
1. er is geen veroordeling voor hen die in Christus zijn. De straf was op Christus. Wij zijn bekleed met Zijn heil.
2. er is geen beschuldiging meer. Wij zijn gerechtvaardigd: we hebben in Gods ogen nooit gezondigd.
3. er is geen scheiding mogelijk van de liefde van Christus. Niet en niemand kan ons scheiden van de liefde van God in Christus Jezus.

Het tweede snoer:
1. Gods Geest getuigt dat wij kinderen van God zijn.
2. wij zijn zonen van God. Door wedergeboorte zijn wij kinderen van God. Vervolgens groeien wij op tot (volwassen) zonen door vol te zijn van Gods Geest en Gods Woord. We mogen God aanroepen als onze Vader.
3. wij zijn erfgenamen van God. De Erfgenaam is Christus Jezus. Wij mogen delen in Zijn erfenis.

Het derde snoer:
1. God schenkt ons in/met Christus alle dingen. Wij zijn geestelijk zeer rijk. We mogen god danken voor wat Hij ons heeft gegeven. Hij heeft ons vergeving geschonken.
2. God doet alle dingen meewerken ten goede. God heeft een plan met ons leven. Vaak kunnen we achteraf zeggen waartoe dingen in ons leven hebben geleid. Voor de ander dingen mogen wij god vertrouwen; Hij is goed.
3. wij zijn door Hem meer dan overwinnaars in alles (verdrukking, benauwdheid, enz.).Wij worden niet gespaard voor de verdrukking etc., maar God maakt ons overwinnaars.


In de preek aangehaalde bijbelteksten (Statenvertaling)

Prediker 4:12
12 En indien iemand den een mocht overweldigen, zo zullen de twee tegen hem bestaan; en een drievoudig snoer wordt niet haast gebroken. 


Romeinen 8:1
1 Zo is er dan nu geen verdoemenis voor degenen, die in Christus Jezus zijn, die niet naar het vlees wandelen, maar naar den Geest. 


Romeinen 8:16-17
16 Dezelve Geest getuigt met onzen geest, dat wij kinderen Gods zijn. 17 En indien wij kinderen zijn, zo zijn wij ook erfgenamen, erfgenamen van God, en medeerfgenamen van Christus; zo wij anders met Hem lijden, opdat wij ook met Hem verheerlijkt worden. 


Romeinen 8;28


Romeinen 8:32-37
32 Die ook Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar heeft Hem voor ons allen overgegeven, hoe zal Hij ons ook met Hem niet alle dingen schenken? 33 Wie zal beschuldiging inbrengen tegen de uitverkorenen Gods? God is het, Die rechtvaardig maakt. 34 Wie is het, die verdoemt? Christus is het, Die gestorven is; ja, wat meer is, Die ook opgewekt is, Die ook ter rechter hand Gods is, Die ook voor ons bidt. 35 Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus? Verdrukking, of benauwdheid, of vervolging, of honger, naaktheid, of gevaar, of zwaard? 36 (Gelijk geschreven is: Want om Uwentwil worden wij den gansen dag gedood; wij zijn geacht als schapen ter slachting.) 37 Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars, door Hem, Die ons liefgehad heeft.